Overweeg je om zelf afvoerleidingen te plaatsen of te vervangen? De Rioolkrak geeft je met alle plezier zijn belangrijkste tips en tricks prijs, om dit zo goed mogelijk uit te voeren. Lees ze eerst aandachtig vooraleer je de werken aanvangt. Zit je nog met vragen, twijfel je over iets of wil je bijgestaan worden door een expert van De Rioolkrak? Aarzel niet en contacteer De Rioolkrak op het gratis nummer 0800 26 660.
Afvoerleiding zelf plaatsen tips & tricks
Materiaalkeuze
Ga voor PVC buizen met een dikkere wand, bestand tegen hitte. Waarom? Ze zijn duurzamer, beter van kwaliteit waardoor ze resistenter zijn tegen warmte en ze kunnen niet snel gaan vervormen. Het enigste voordeel van buizen met een dunne wand is de goedkopere prijs. Maar daarmee is alles gezegd.
Blijf zoveel mogelijk bij één merk van buizen. Anders loop je het risico de afvoer zelf te bemoeilijken doordat de aparte stukken niet op elkaar passen of niet mooi en volledig aansluiten.
Diameterkeuze
De diameter van een buis wordt altijd gemeten langs de binnenkant. De diameterkeuze is afhankelijk van welk soort water je moet afvoeren:
- 32mm – 40mm > Lekwaterafvoer van verwarmingsketel.
- 40mm – 50mm > Afvoerwater van wastafel, bidet, bad, wasmachine, douche, gootsteen.
- 90mm – 110mm > Toilet
- 110mm > Hoofdafvoer voor gezinswoning
Als je meerdere toestellen aansluit op een zelfde afvoer, kies je altijd de grootst aangegeven diameter. Bijvoorbeeld een wastafel en douche = minstens diameter 50 mm.
Voorbereiding bij plaatsing
Bij nieuwbouw of totale renovatie is het heel vaak zo dat de bouwaannemer, de persoon is die je buizen gaat plaatsen. Grote afvoerbuizen komen onder de funderingen van je woning te liggen. Wil je het toch zelf doen, overleg dan eerst met de bouwaannemer.
Het plaatsen van de afvoerbuizen komt altijd op de eerste plaats. Dus vóór je de volgende leidingen gaat leggen:
- Sanitaire toevoerleidingen
- Centrale verwarmingsleidingen
- Elektrische leidingen
Waarom? Praktisch ga je eerst de buizen of leidingen plaatsen die het meest ruimte in beslag nemen. Even belangrijk is, is dat het afloopcircuit zo kort en zo recht mogelijk maakt.
Plaatsen van afvoerbuizen
- Plaats de afvoerbuizen in een gelijkmatige helling om verstoppingen te vermijden.
De helling norm is 1 centimeter per meter. Voor regenwater mag dit 0,5 tot 1 cm zijn. - De afvoerleidingen of buizen moeten in volle grond altijd worden gestabiliseerd.
Dit doe je met zand, cement of breekzand. Je voorkomt zo dat afvoerleidingen verzakkingen vertonen, met water komen te staan en verstopt raken. - Voorzie bij de plaatsing ook toezicht T’s of sifonputten.
Als je afvoerbuis toch verstopt raakt, kan je zonder breekwerken via de T’s of sifonputten, gemakkelijk tot aan de plaats van de verstopping. Een sifonput houdt bovendien ook de rioolgeur tegen zodat je niet met stank in huis zit en vangt alle vetten op zodat deze zich niet ophopen in de afvoerbuizen. - Vermijd het gebruik van scherpe bochten.
De Rioolkrak raadt je aan om eerder een bocht van tweemaal 45 graden te maken in plaats van één maal 90 graden. - Lijmen of in elkaar schuiven?
Afvoerbuizen in PVC kan je heel gemakkelijk lijmen met PVC-lijm. Let op, van zodra gelijmd, kan je de verbinding onmogelijk los krijgen en corrigeren. Je kan ook opteren om je buizen te koppelen met een rubber dichting. De mof of rubberdichting heb je in PVC, PP of PE. Wij geven de voorkeur aan eer rubberdichting.
Verplichte scheiding van regen- en afvalwater
De Vlaamse milieuwetgeving voorziet op gebied van scheiding van afvalwater, een aantal wettelijke verplichtingen. Het regenwater moet rechtstreeks naar een regenwaterput voor hergebruik worden geloosd of kan via infiltratie naar de ondergrond worden afgeleid.
Het afvalwater wordt geloosd in de openbare riolering. Op bepaalde plaatsen is hiervoor het gebruik van een septische put verplicht. Op plaatsen waar geen openbare riolering is, moet je als bewoner zelf instaan voor de zuivering van het afvalwater. Je vindt alle informatie over deze regeling in het artikel ‘Septische put verplicht?’ op deze website.
